
De modeshow van Dior is ongetwijfeld een van de hoogtepunten van de Paris Fashion Week. Dat gold temeer voor de show van 1 oktober 2025: het debuut van Jonathan Anderson. Na jaren aan het creatieve roer heeft Maria Grazia Chiuri het stokje overgegeven.
De nieuwe modecollectie voor lente zomer 2026 is dan ook niet zomaar een modecollectie, maar een diepgaande reflectie op geheugen, identiteit en transformatie. In een seizoen waarin velen vernieuwing najagen om de vernieuwing zelf, kiest Dior ervoor om in dialoog te gaan met zijn rijke verleden — niet uit nostalgie, maar met de bewuste keuze om het in een doos op te bergen, te bewaren, en er met instinctieve helderheid opnieuw naar te kijken.

Dior staat dit seizoen het ontcijferen van een taal die we allemaal al op de een of andere manier spreken — de visuele taal van silhouetten, texturen en stille grootsheid. En toch durft het huis deze taal te herschikken, met een spel van harmonie en spanning. Dior wist zijn erfenis niet uit; het fragmenteert die. Hoeden imploderen naar binnen. Silhouetten strekken zich verticaal uit of vouwen zich naar binnen. Elke look is een visuele zin — welsprekend, beheerst, en toch open voor vernieuwing.

De collectie staat in het teken van contrasten: rust tegenover durf, grootse praat tegenover alledaagse. Een gevoel van poëtisch evenwicht overheerst, zelfs als er dissonantie is. Het resultaat is een soort sartoriale polyfonie — waar schoonheid niet statisch is, maar gevormd wordt door het oog van de toeschouwer, en de drager een personage wordt op het toneel van het leven.

De Dior-vrouw van dit seizoen wordt uitgenodigd om te voelen — meer dan enkel te kijken. Ze kan snelheid belichamen of sculpturale stilte. De kledingstukken dicteren niet, ze suggereren. Ze bieden een nieuwe manier om houding, verschijning en identiteit te hertekenen — met een uitmuntend vakmanschap dat nooit schreeuwt, maar altijd spreekt.

In kleur blijft het huis trouw aan het gebruikelijke rustige palet, onderbroken door plotselinge verstoringen: een palet in voortdurende onderhandeling, zoals het verleden in gesprek met het heden.
In de kern is deze collectie een reactie op onze overstimulerende tijd, hervertaald door de lens van Dior. Het gaat niet om het zoeken naar toevlucht in het verleden, maar om het gebruiken ervan als materiaal — om in te pakken, uit te pakken, en opnieuw vorm te geven. Zo bevestigt Dior opnieuw wat mode nog steeds kan zijn: een krachtig emotioneel vocabulaire en een middel om te worden.

Verandering is onvermijdelijk. Dat maakt Jonathan Anderson ons wel duidelijk.